Hoorcollege dat vervangen kan worden door een livestream of video, verdient dat ook
Door Wilfred Rubens
Tijdens mijn zomervakantie kwam de Radboud Universiteit in het nieuws. In eerste instantie wilde het College van Bestuur het gebruik van web-lectures afschaffen. Uiteindelijk werd de soep niet zo heet gegeten als deze werd opgediend. Nog steeds kun je echter kanttekeningen plaatsen bij de betreffende besluitvorming ten aanzien van web-lectures.
Tijdens de coronapandemie heeft de Radboud Universiteit – net als anderen instellingen voor hoger onderwijs – gebruik gemaakt van live online sessies en van opgenomen hoorcolleges (web-lectures). De laatste maanden van het studiejaar bleken veel studenten de voorkeur te geven aan het thuis bekijken van live streams of van web-lectures, ook al waren zij in staat colleges fysiek bij te wonen. De Radboud Universiteit is echter van mening dat campus-onderwijs centraal zou moeten staan. Fysiek onderwijs zou de norm moeten zijn. Daarom wil het studenten verplichten fysiek aanwezig te zijn bij colleges. Ook wilde de universiteit aanvankelijk opnames van hoorcolleges niet langer beschikbaar stellen.
Dit laatste blijkt toch wat anders te liggen. Web-lectures blijven beschikbaar voor studenten die vanwege een beperking of ziekte of als topsporter niet altijd aanwezig kunnen zijn bij een college. Daarnaast zouden andere studenten kunnen beschikken over opnames van colleges, ter voorbereiding op tentamens.
Mijn commentaar
Als ik de experts mag geloven, kunnen we in de herfst en winter weer een opleving verwachten van het Covid-19 virus. Dit zal waarschijnlijk niet leiden tot sluiting van het onderwijs, maar wel tot veel verzuim vanwege besmettingen. Mogelijk zullen instellingen voor hoger onderwijs ook genoodzaakt zijn om niet alle studenten tegelijkertijd naar de instelling te laten komen (volgens het sectorplan in fase 4 (pdf)). Vanuit dit perspectief is het onverstandig om web-lectures in de ban te doen. Web-lectures zijn één van de mogelijke elementen van het nieuwe coronaonderwijs.
Ik ben eigenlijk bij onderwijs aan jongeren voorstander van blended learning, waarbij je fysieke bijeenkomsten vooral gebruikt voor onderlinge interactie, verdieping en dialoog. Je kunt bepaalde instructies prima vervangen door korte video’s met verwerkingsopdrachten (asynchroon online leren). Live online sessies kunnen gebruikt worden ter versterking van fysieke bijeenkomsten of als het lastig of onmogelijk is om fysiek bij elkaar te komen. In vergelijking met fysieke bijeenkomsten verlopen dialogen echter moeilijker (o.a. vanwege vertraging).
Als je blended learning op een doordachte manier hebt ingericht, dan kun je indien nodig makkelijker schakelen naar volledig online leren, ook naar simultaan onderwijs waarbij een deel van de lerenden onderwijs fysiek bijwoont en een ander deel online deelneemt. Als je blended learning niet op een doordachte manier toepast, dan kun je blij zijn als je straks in de herfst nog de beschikking hebt over web-lectures (in combinatie met verwerkingsactiviteiten).
Web-lectures hebben normaliter vooral zin voor studenten die een college fysiek hebben bijgewoond. Zij kunnen onderdelen van een weblecture nogmaals versneld of juist vertraagd terugkijken. Als het goed is, kunnen zij zich de interacties tijdens de colleges dan weer herinneren. Daarnaast zijn er inderdaad altijd studenten die niet in staat zijn om een college fysiek bij te wonen. Zij kunnen web-lectures bekijken als zij colleges hebben gemist.
Het is opvallend dat de Radboud Universiteit web-lectures wel beschikbaar wil stellen ter voorbereiding op de tentamens. Wanneer is dat? Vlak van tevoren? Bevorder je dan niet juist een niet-effectieve leerstrategie (‘blokken’). Gespreid leren, regelmatig oefeningen en zelftoetsen maken zijn voorbeelden van effectieve leerstrategieën. Je moet daarbij wel de hele tijd de beschikking hebben over de leerstof, en dus ook over web-lectures.
Studenten hadden in het afgelopen voorjaar meerdere redenen om fysiek onderwijs te mijden. Zie de bijdrage Verbinding verbroken: Hoe krijg je studenten weer gemotiveerd naar de campus/school? Het invoeren van een aanwezigheidsverplichting en het beperken van toegang tot opnames van colleges komen om meerdere redenen niet tegemoet.
Als studenten colleges niet meer willen bijwonen, en liever kiezen voor opnames, dan kan dat verschillende oorzaken hebben. Ik wil er twee noemen. Op de eerste plaats kunnen zij van mening zijn dat je vooral leert door leerstof te consumeren. Maak studenten dan bewust van effectieve leerstrategieën, zoals actief verwerken. Door tijdens colleges actief deel te nemen aan gesprekken en opdrachten, leer je beter. Studenten zijn zich helaas niet altijd bewust van effectieve leerstrategieën (ik was zelf zo’n student en heb heel wat keren de plank misgeslagen). Aanwezigheidsplicht bevordert dit bewustzijn m.i. niet.
Op de tweede plaats kunnen studenten geen meerwaarde ervaren van fysieke aanwezigheid. Als een hoorcollege voornamelijk bestaat uit het zenden van informatie, dan is de toegevoegde waarde van fysieke aanwezigheid zeer beperkt.
Een goed hoorcollege kun je namelijk niet vervangen door een web-lecture. Een hoorcollege dat vervangen kan worden door een video-opname verdient dit dan ook (analoog aan een docent die door een machine vervangen kan worden). Wel doet online leren een groter beroep op zelfregulatie. Veel studenten hebben hier nog moeite mee. Je zult als onderwijsinstelling zelfregulatie dan ook moeten bevorderen als je online leren toepast.
Nota bene: uiteraard kun je ook kiezen voor andere werkvormen dan het hoorcollege.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
|