Nieuws

Van de Redactie | 19-11-2012 | | (0) reacties

Digitale kloof tussen hoog- en laagopgeleiden

Niet iedereen gebruikt internet op dezelfde manier. Terwijl hoogopgeleiden veelal internet gebruiken voor informatie, studie en carrière, gebruiken mensen met een lagere opleiding het internet vooral voor games, chatten en filmpjes kijken.

Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Twente in opdracht van Digivaardig & Digiveilig. Volgens Digivaardig is er sprake van een digitale kloof. “Wie digitale vaardigheden niet blijft ontwikkelen, mist razendsnel de boot.”

Gemiddeld genomen werken Nederlanders graag met internet op het werk blijkt uit het onderzoek. Ze hebben weinig moeite met het leren van internettoepassingen. Op deze punten scoren de laagopgeleiden, de mensen met lagere functies en de senioren (55+) echter het laagst. Deze groepen vinden ook meer dan de andere dat men te weinig training krijgt voor het gebruik van het internet op het werk. Hetzelfde geldt voor de ict- en internetondersteuning.

Sneller werken

Het internet heeft volgens de Nederlandse werknemers een tamelijk positief effect op het werk. Dit geldt vooral voor de effectiviteit, de efficiëntie en de kwaliteit van het werk. Meerderheden van ruim 50 procent geven aan dat men sneller en flexibeler is gaan werken, veel meer werk verzet, met dezelfde inzet een hogere output bereikt en de kwaliteit van het geleverde werk hoger is geworden.

Deze positieve effecten stijgen met opleidingsniveau en met de hoogte van de functie. Opmerkelijk is dat kleinere bedrijven op deze punten meer profiteren dan grotere bedrijven.

Trainingen

Effecten die door een kwart tot een derde van de werknemers behaald worden zijn het vinden van een cursus voor het werk op internet (26 procent), dankzij internet deelnemen aan een training (28 procent), het vinden van een betere baan (24 procent), meer contact met collega’s (32 procent) en nieuwe collega’s leren kennen via internet (24 procent). Ook hier geldt dat hogere functies in het algemeen meer profiteren.

Het algemene beeld is dat mannen en vrouwen ongeveer evenveel profiteren van internet op het werk. Jongeren doen dit echter meer dan ouderen. Hoger opgeleiden veel meer dan lager opgeleiden. En hoe hoger de functie hoe meer positieve effecten men ondervindt van internet.