Bloggers

Een overzicht van blogs geschreven door aanbieders die zich hebben aangesloten bij e-Learning.nl.


Van Wilfred Rubens (redactie) | 27-08-2025 | Article Rating | (0) reacties

AI verbieden? Je kunt ook ‘lucht’ niet verbannen

AI is niet langer een optionele tool, maar onderdeel van de digitale omgeving waarin lerenden dagelijks functioneren. Deze realiteit mist Stefan Bauschard in de discussie over ‘AI-verboden’ in het onderwijs. Hij gebruikt in deze bijdrage de metafoor van bier om te illustreren waarom “Geen AI toegestaan”-regels ineffectief zijn. Op deze metafoor is wel wat af te dingen, niet op de kern van zijn betoog.

AI alomtegenwoordigBauschard vergelijkt het verbieden van AI-toepassingen met het plaatsen van een fles bier voor een lerende, waarbij je vervolgens verwacht dat de lerende er niet aan zal komen. Het probleem wordt volgens hem complexer wanneer docenten zelf AI gebruiken voor lesplannen en feedback, terwijl ze lerenden verbieden hetzelfde te doen. Dit creëert een ambivalente situatie waarbij volwassenen “de fles openen” maar van lerenden verwachten dat ze “nuchter blijven”.

De thuisomgeving versterkt deze tegenstrijdigheid. Lerenden worden thuis omringd door AI-functionaliteiten in Grammarly, Google Docs, Chrome en andere tools die zij dagelijks gebruiken. Bauschard beschrijft dit als een huis “van muur tot muur gevuld met geopende flessen”, waarin ouders impliciet AI-gebruik normaliseren terwijl scholen het verbieden.

Het concept “ambient AI” vormt de kern van zijn argument. ‘AI’ is geen hulpmiddel dat lerenden gemakkelijk kunnen vermijden; het is de digitale omgeving waarin ze leven. Op school, thuis en overal daartussenin is ‘AI’ geen verboden waar – het is de lucht die ze inademen. AI zit verweven in tekstverwerkers, browsers, citeertools en zelfs toekomstige brillen en oordopjes. Lerenden kunnen er niet “netjes omheen”, omdat het geïntegreerd is in de infrastructuur van hun digitale leven.

De inconsistentie van AI-regels verergert volgens Bauschard het probleem. Lerenden krijgen wisselende signalen: soms volledig verboden, soms beperkt gebruik onder toezicht, en andere keren juist aanmoediging. Deze onduidelijkheid maakt de regels volgens Bauschard absurd en ondermijnt hun effectiviteit.

Een praktisch probleem is dat het technisch onmogelijk is om ‘AI’ volledig te elimineren. Scholen zouden Google Docs, Microsoft Word, webbrowsers en zelfs apparaten zelf moeten wegdenken om contact met ‘AI’ te voorkomen. Dit vergelijkt Bauschard met “bier verbieden terwijl de hele watertoevoer is vervangen door bier”.

Paradoxaal genoeg vereist de arbeidsmarkt volgens de auteur juist AI-vaardigheden. Werkgevers verwachten dat medewerkers bekwaam omgaan met AI-tools. Sollicitatiegesprekken toetsen volgens hem het vermogen om AI-toepassingen verstandig te gebruiken en grenzen te stellen. De volwassenen die lerenden bestraffen voor AI-gebruik, zijn volgens Stefan Bauschard dezelfde personen van wie carrières afhangen van verantwoord AI-gebruik.

Hij concludeert dat “Geen AI”-borden het leren niet beschermen, maar lerenden dwingen hun AI-gebruik te verbergen. In plaats van ontkenning pleit hij voor het ontwikkelen van “agency“:  het vermogen om bewuste keuzes te maken ten aanzien van wanneer AI te gebruiken, wanneer te stoppen en wanneer volledig zonder AI te werken.

De echte uitdaging ligt volgens hem in het leren van lerenden om kritisch, samenwerkend en bewust om te gaan met AI, terwijl lerenden vaardigheden ontwikkelen die machines niet kunnen vervangen. Dit vereist een verschuiving van verbieden naar begeleiden in een wereld waar AI permanent aanwezig blijft.

Mijn opmerking

Ik deel Bauschard’s stelling dat het niet verstandig is om AI-toepassingen in het onderwijs te verbieden, maar lerenden te leren bewuste keuzes te maken ten aanzien van wanneer zij AI-tools wel, niet en op welke manier kunnen gebruiken. Regels en afspraken zijn wat mij betreft een middel om deze vorm van “agency” te ontwikkelen. Daarbij gaat het met name ook om de argumentatie: waarom wil je als docent niet dat lerenden een AI-toepassing in een bepaalde situatie gebruiken (bijvoorbeeld omdat het ten koste van het leren gaat)?

Het is onverstandig om ‘AI’ uit het onderwijs te verbannen. ‘AI’ is al alomtegenwoordig. Dat zal alleen maar toenemen. Natuurlijk kun je ervoor kiezen om ‘AI’ niet toe te passen. Maar waar leren lerenden dan AI-toepassingen te gebruiken? Ik vermoed dat een deel van de lerenden via familie of ‘peers’, of door vallen en opstaan, kan leren ‘AI’ wijs te gebruiken. Dat geldt echter niet voor iedereen. Een gevolg is dat ongelijkheid kan ontstaan, zoals we dat op veel vlakken zien. AI bekwaam gebruiken zal steeds belangrijker worden. Niet alleen op de arbeidsmarkt, maar binnen de samenleving als geheel.

De metafoor van ‘bier’ vind ik hierbij niet zo sterk. Een bepaalde groep lerenden zal de verleiding van bier prima kunnen weerstaan, omdat zij bier niet lekker vinden of niet gezond. Bovendien is bier nooit alomtegenwoordig, en geïntegreerd in andere systemen. Bij ‘AI’ kunnen lerenden een bepaalde functionaliteit of toepassing ook weerstaan. Aangezien ‘AI’ alomtegenwoordig is, en geïntegreerd binnen tal van veelgebruikte toepassingen, kun je AI-toepassingen langzamerhand echter niet vermijden, tenzij je geen digitale technologie gaat gebruiken. Dus moet je er verstandig mee om kunnen gaan.

Mijn bronnen over (generatieve) artificiële intelligentie

Deze pagina bevat al mijn bijdragen over (generatieve) artificiële intelligentie, zoals ChatGPT.

The post AI verbieden? Je kunt ook ‘lucht’ niet verbannen first appeared on WilfredRubens.com over leren en ICT.
Lees het hele artikel


Hoe waardeert u deze bijdrage?




Reacties

Plaats hieronder uw reactie.

Naam (verplicht)

E-mail (verplicht)

CAPTCHA Afbeelding
Voer de hierboven staande code in: